1883 - De start van Stem en Snaren
Op 13 februari 1883 wordt in een lokaal van de Gereformeerde Kerk in Enkhuizen de
Christelijke Zangvereniging “Stem en Snaren” opgericht. Het initiatief komt voort uit de
Christelijke Jongelingsvereniging. Of er ook meisjes op het koor mogen worden
toegelaten wordt overgelaten aan de nog te vragen dirigent. Dat wordt de heer A.
Verhorst, onderwijzer van de Vrije Protestantse Schoolvereniging. De naam wordt
gekozen uit de toenmalige berijming van
Psalm 43:
‘Dan zal ik juichend Stem en Snaren tot roem van Zijne goedheid paren…’
Er wordt gestart met 35 leden, die een contributie van 5 cent per repetitie betalen.
Op 31 januari 1884 wordt een eerste uitvoering gegeven. Het entreegeld is 25 cent.
Het aantal leden groeit – in 1885 zijn er al 64 – maar er is een grote wisseling van
dirigenten; in een tijdsbestek van 5 jaar zijn dat er maar liefst 5.
1890 - Discussies tussen dames en heren
Tijdens de jaarvergadering van 1890 wordt er hevig gediscussieerd over het roken op de
repetities. Enkele heetgebakerde dames (dames waren er dus toch) doen het voorstel om
het roken tijdens de repetities en ook in de pauze te verbieden. Het voorstel wordt
evenwel met een grote meerderheid van stemmen verworpen. Een jaar later beginnen de
dames er weer over en die keer krijgen ze hun zin: tijdens het zingen en in de pauze zal
niet meer worden gerookt.
Maar daartegenover komt het verbod te staan voor de dames om tijdens de repetities niet
mogen spreken (!). Wanneer ze dat wel doen en het verbod in feite overtreden, dan
hebben de heren het recht om te roken.
Deze geschiedenis wordt enkele heren kennelijk te gortig. Zij stellen voor de damesleden
het stemrecht te ontnemen, maar dat gaat het merendeel van de leden toch te ver; het
voorstel wordt verworpen.
Na zo’n jaarvergadering doet men samenspraken en worden luimige en ernstige
voordrachten gedaan. Dikwijls is het zo gezellig, dat het feest tot in de kleine uurtjes
duurt.
In latere jaren worden er aparte jaarfeesten gehouden. Zo lang de vereniging goed bij kas
is levert dat financieel gezien geen problemen op, maar als dat verandert wordt
voorgesteld dat de leden de kosten van het jaarfeest zelf betalen. Hiervoor is het
enthousiasme niet groot. Toch wordt getracht de jaarfeesten in stand te houden, maar in
latere jaren komt hiervoor een jaarlijks uitstapje, bijvoorbeeld naar Bergen, of een bezoek
aan concerten in Amsterdam, in de plaats.
1893 - Oratoriumvereniging ..!
Vanaf 1893 tot aan zijn overlijden in 1934 is de heer R.G. Crevecoeur dirigent, die dat ook
is bij het Toonkunstkoor en het orkest Crescendo in Enkhuizen; voorts is hij organist bij de
Hervormde Kerk en stadsbeiaardier. Onder zijn leiding worden verschillende oratoria
uitgevoerd, zoals ‘Die Schöpfung’ van Haydn bij het 25-jarig jubileum; de Paulus van
Mendelssohn bij het 30- jarig bestaan en Der Messias van Händel in 1928.
Dit leidt er toe, dat Stem en Snaren op 5 november 1931 een oratoriumvereniging wordt
en als zodanig bij Koninklijk Besluit van 11december 1931 wordt erkend.
1933 - Matthäus Passion
Dat Stem en Snaren een vereniging is met een rijke historie wordt onder meer bewezen
door het feit dat op 20 april 1933 voor het eerst in Noord-Holland boven het IJ door Stem
en Snaren een integrale uitvoering wordt gegeven van de Matthäus Passion van Johann
Sebastiaan Bach.
Voor de heer Crevecoeur is dit een bekroning op zijn werk en Stem en Snaren geeft bij
haar 50-jarig bestaan heel duidelijk aan in staat te zijn een dergelijk groot werk ten
gehore te brengen. De uitvoering vindt plaats in de Westerkerk en een scribent meent dat
er wel tweeduizend toehoorders zijn. Het wordt niet alleen als een plaatselijk gebeuren
opgevat, maar ook regionaal als een evenement van belang ervaren.
In die jaren heeft Stem en Snaren een eigen zangschool. Het bestuur vindt het prettig als
er aan jongelui, die in de toekomst graag lid van het koor willen worden, les in muziek
wordt gegeven. De zangschool, bedoeld voor kinderen vanaf 7 jaar – als ze 18 jaar zijn
mogen ze op het koor – staat de eerste jaren onder leiding van de heer Crevecoeur en
later neemt meester W. Zwaan die over.
1940-1945 - Oorlogstijd
Vanwege financiële problemen kan de zangschool in het begin van de veertiger jaren niet
langer bestaan, maar na de tweede wereldoorlog wordt in maart 1946 onder leiding van
de toen aanwezige dirigent Wim ter Burg een nieuwe start gemaakt.
Op een gegeven moment zijn er maar liefst 160 leerlingen. Helaas vertrekt ter Burg in
1952; er komt een nieuwe dirigent voor de zangschool met een andere aanpak en
werkwijze en dit leidt er mede toe dat deze onderafdeling van Stem en Snaren verdwijnt.
Die oorlogsjaren 1940-1945 waren voor het koor natuurlijk een bewogen periode. De
problemen beginnen reeds in de mobilisatietijd. De dirigent Dick van Wilgenburg, die de
heer Crevecoeur was opgevolgd, moet in militaire dienst en de Nutszaal kan niet langer
als repetitieruimte worden gebruikt, want de zaal wordt ingericht als hospitaal.
De Duitse taal is taboe en dit heeft tot gevolg dat het repertoire wordt beperkt. Sommige
leden bedanken, want hoe kun je nog zingen in deze donkere tijd, maar anderen vinden
dat je juist moet blijven zingen.
De bezetter eist, dat elk koor zich moet aansluiten bij de Nederlandse Cultuurkamer. De
Koninklijke Bond van Christelijke Zang- en Oratoriumverenigingen ziet het allemaal niet
zo donker in en vindt dat men voorlopig maar moet toetreden, maar het bestuur denkt er
anders over. Eén van de grootste bezwaren is het leidersprincipe van de bezetter met
autoritaire bevoegdheid, maar ook het opnemen van de Jodenparagraaf in de statuten,
waardoor zij geen lid kunnen blijven of worden, is een heikel punt.
De leden zijn het hiermee eens en zo gaat er op 13 april 1943 een brief naar de
Cultuurkamer met de mededeling dat de vereniging niet als lid van deze kamer wenst te
worden beschouwd en dat de repetities met ingang van 1 april 1943 zijn gestaakt.
Bij brief van 13 december 1943 bericht de Gewestelijk Politiepresident te Amsterdam, dat
de vereniging is ontbonden en dat haar vermogen is verbeurd verklaard. Haar
voortbestaan zal strijdig zijn met het algemeen belang en de openbare orde.
Na de bevrijding worden de repetities hervat en op 29 augustus 1945 wordt in de
Westerkerk, onder leiding van Dick van Wilgenburg, die daarna naar Enschede vertrekt,
een concert gegeven, waar, zo vertellen de analen, maar liefst tweeduizend bezoekers
zijn. Het koor telt in die jaren 170 leden.
De vijftiger jaren
Als Wim ter Burg, de opvolger van Dick van Wilgenburg, in mei 1953 vertrekt, wordt bij
zijn afscheid Der Messias van Händel uitgevoerd. De sopraan Jo Vincent, die haar
debuut maakte in Enkhuizen op 12 september 1923 bij een concert ter gelegenheid van
het regeringsjubileum van koningin Wilhelmina, neemt op 22 mei 1953 eveneens
afscheid.
1958 - het 75-jarig jubileum
Daarna breekt een periode van maar liefst 25 jaar aan dat Stem en Snaren wordt
gedirigeerd door Piet Halsema. Hij wordt niet, zoals zijn voorgangers, dirigent van het
Toonkunstkoor en evenmin stadsbeiaardier. Onder zijn leiding wordt in 1958, ter
gelegenheid van het 75-jarig jubileum een concert gegeven. Ook wordt er voor de leden
een feestavond gehouden, maar de vraag is of Stem en Snaren de 100 jaar zal halen.
1973 - Opnieuw de Matthäus Passion
Die vraag dringt zich een aantal jaren later opnieuw op als er nog slechts 41 leden zijn.
Er wordt een ledenwerfactie ondernomen en de Matthäus Passion van Johann Sebastian
Bach wordt op het programma gezet en dat heeft resultaat. Het ledental groeit en er kan
weer een voltallig bestuur worden gevormd. Sinds 1981 wordt de Matthäus Passion van
Bach om de vijf jaar uitgevoerd.
1983 - Het 100 jarig bestaan
Piet Halsema wordt in 1978 opgevolgd door Hans van Steenbergen. Evenals zijn
voorganger neemt hij het oratorium Elias van Felix Mendelssohn Bartholdy in studie, dat
in 1979 wordt uitgevoerd.
Van dezelfde componist is de Paulus en iedereen vindt het een uitstekend idee om dat
werk ten gehore te brengen bij het 100-jarig bestaan in 1983.
Op 28 april van dat jaar wordt er ’s middags een receptie gehouden in die Port van Cleve
en ’s avonds wordt, onder meer in aanwezigheid van de voorzitter van de bond, die ter
gelegenheid van dit eeuwfeest een bronzen legpenning uitreikt, Mendelssohns Paulus
uitgevoerd in een overvolle Zuiderkerk.
Ook werkte het koor in het jubileumjaar mee aan het televisieprogramma U zij de glorie
dat de NCRV uitzond. Een opname van dit programma kunt u hier bekijken. Bij dat 100-
jarig bestaan is het net niet gelukt, maar in september 1983 wordt het 100ste lid
verwelkomd.
1999 - Het verdrietige verlies van een dirigent
Aan het dirigentschap van Hans van Steenbergen – naast de Matthäus Passion van
J.S.Bach zijn onder zijn leiding verschillende grote werken uitgevoerd, zoals Messiah van
Händel, Ein Deutsches Requiem van Brahms, cantates uit het Weihnachtsoratorium van
Bach, Requiem van Mozart, Die Jahreszeiten van Haydn – komt helaas een eind door
een tragisch verkeersongeval op 6 september 1999, waarbij hij het leven laat.
Tineke Broers neemt na het overlijden van Hans van Steenbergen de leiding van het koor
tijdelijk over en op 23 januari 2000 wordt als een in memoriam aan Hans van
Steenbergen, onder anderen het Te Deum van W.A. Mozart uitgevoerd.
Vanaf begin 2000 is de artistieke leiding van Stem en Snaren in handen van Marcel
Joosen. Hij is een zeer deskundige en enthousiaste dirigent, hetgeen zijn uitwerking niet
mist op de koorleden.
Het 125-jarig jubileum in 2008
In 2008 is het dan zover: Stem en Snaren bestaat 125 jaar! Bij dit jubileum is met vier
feestelijke activiteiten uitgebreid stilgestaan.
Het begon met een grote verjaardagsreceptie in de Westerkerk op 13 februari, de
oorspronkelijke oprichtingsdag. Leden met hun partners, oud-leden, vrienden en andere
genodigden, zoals het gemeentebestuur van Enkhuizen en vertegenwoordigers van de
Koninklijke Christelijke Zangersbond, waren daarbij aanwezig. Eerst was er een
presentatie van de geschiedenis van de vereniging met foto’s uit het verre verleden van
de stad, van de dirigenten en van enkele concerten.
De felicitaties van het gemeentebestuur gingen vergezeld van het uitreiken van de
zilveren penning van de stad Enkhuizen en bovendien ontvingen wij namens Hare
Majesteit koningin Beatrix de Koninklijke penning.
Vervolgens werd op 12 april een Jubileumconcert gegeven in de Zuiderkerk. Uitegevoerd
werden Te Deum van J. Haydn, Jubelmesse van C.M. von Weber en Messa di Gloria van
G. Rossini met begeleiding van Philharmonia Amsterdam. Als solisten traden op Diane
Verdoodt, sopraan; Wilke te Brummelstroete, alt; Ludwig van Gijsegem, tenor; Gijs van
der Linden, tenor en Henk van Heijnsbergen bas.
Op 26 april werd voor de leden met hun partners in een voor dat doel gezellig aangeklede
gedeelte van de Zuiderkerk een feestavond gehouden. Het hoogtepunt van deze
gezellige avond was het optreden van het Opmeer’s Vocaal Ensemble.
Tenslotte sloten we het jubileumjaar af met een groots Scratchconcert op 4 oktober in de
Westerkerk met 340 zangers en zangeressen uit het gehele land. Overdag zijn, met
pianobegeleiding van Aukje Broers, drie geweldige werken van Mozart ingestudeerd: Ave
Verum, Laudate Dominum en Requiem. ’s Avonds zijn deze werken uitgevoerd in een
goedgevulde Westerkerk. De orkestbegeleiding was wederom van Philharmonia
Amsterdam en als solisten werkten mee: Elma van den Dool, sopraan; Eleonora Volkert,
alt; Jeroen de Vaal, tenor en Henk van Heijnsbergen, bas. Dit alles onder leiding van
dirigent Marcel Joosen.
2012 Een nieuwe naam
Op verzoek van velen wordt op de ALV van 2012 besloten om de officiële naam COV
Stem en Snaren weliswaar in de statuten te handhaven, maar naar buiten toe de naam
Oratoriumvereniging Stem en Snaren te gaan gebruiken.
2023 …
In 2023 bestaat Stem en Snaren 140 jaar.
Historie van Stem en Snaren
Historie van Stem en Snaren